Kun je herfst spelen?

Door Inge Schilders – Bij het kiezen van een thema voor je groep is het van belang om je vooraf enkele vragen te stellen. Je wil tenslotte dat er lekker gespeeld kan worden vanuit grote betrokkenheid. En je wil dat er nieuwe ervaringen opgedaan worden en er betekenisvol geleerd kan worden. Maar wat doe je als kinderen afhaken en niet spelen wat jij hebt voorbereid? Kies je dan voor gesloten activiteiten en een voorbedacht aanbod? Of durf je kinderen eigenaar te maken van het thema en samen op avontuur te gaan?

Hoe kies je een thema?

Doe niet moeilijk, kies er een. Het maakt niet zoveel uit wat het thema is. Vaak is het een abstract begrip, dat kinderen toch niet direct in actie zet. Het is aan jou om een thema avontuurlijk te maken, te verbreden en te verdiepen. Visualiseer: kun je er samen met de groep een spelhoek bij ontwikkelen? En wat kun je daar doen of maken? Welke avonturen kunnen jullie beleven? Waar zie je koppelingen met natuur, muziek, ontwerpen en de ‘echte wereld’. Waar zou jij als kind (of juf) blij van worden?

Kun je het thema spelen?

Verken vooraf of je het thema kunt spelen. Kun je herfst niet spelen? Niet getreurd. Maak eens met een collega tijdens de lunch een brainstorm en binnen twee minuten heb je allerlei haakjes waar je spel aan op kunt hangen. Vaak is het enorm handig om te verkennen of je aan die nieuwe sub-thema’s problemen kunt ophangen. Welk probleem kun je de groep inbrengen waar iets voor uitgevonden of ontworpen moet worden? Moeten er zakken gevuld worden met evenveel kastanjes? Is er een recept nodig om kastanjebrood te maken? Moet het bos opgeruimd worden voor de boswachter? Heeft de klas een zoekkaart nodig voor op het plein? Laat ze meedenken en zelf maken. Eigenaarschap is de brandstof van ieder thema.

Mag het ook buiten de belevingswereld?

Ligt een thema buiten de belevingswereld? Gooi hem niet meteen weg. Juist voor de vlotte kinderen is zo’n thema fantastisch. Verken samen het thema uitgebreid. Ga in gesprek, lees boeken, haal gastsprekers de groep in en ga de echte wereld in. Vergroot de voorkennis en je zult zien dat je ineens wel over imkers, geostationaire banen en hersenen kunt praten. Zelfs met kleuters. Ineens maak je samen een bijenhotel, een ruimtestation of een zandwatertafel vol met spaghettibreinen.

Laat los

Als je echt gaat thematiseren is het zonde om je hele thema voor te bereiden. We gaan tenslotte uit van betrokkenheid. En die betrokkenheid kun je niet voorspellen. Je kunt nog zo leuk een brandweerstation hebben voorbereid. De kinderen kunnen zomaar tijdens het voorgesprek helemaal los gaan op Freek Vonk. En daar sta je dan. Met je wekenlang verzamelde spullen. Durf los te laten en volg die betrokkenheid. Vergroot de voorkennis over hun bedachte thema. Vraag aan de kinderen wat er in de spelhoek moet komen. Wat willen ze daar doen? Wat hebben we dan nog nodig?

En die doelen en activiteiten dan?

Probeer de doelen eens niet vooraf in allerlei gesloten activiteiten te zetten. Bekijk de doelen met je collega’s goed. Wat kun je koppelen aan je spelhoek? Wat wil je spelenderwijs aanbieden? En wat denk je te kunnen ‘oogsten’ tijdens het observeren in de hoeken? Blijven er aanbodsdoelen over? Hoe kun je die dan spelenderwijs aanbieden? Toch in activiteiten of alsnog in spel? En vergeet niet: geef kinderen tijd om te ontwikkelen en jezelf de tijd om te genieten. Die doelen zijn er niet om allemaal te behalen, ze zijn er om aan te bieden. Het brein van het jonge kind bepaalt zelf wanneer het rijp is om ermee aan de slag te gaan.

Meer blogs